Kaffeekantate

Kaffeekantate

BWV 211 uitgevoerd door de Nederlandse Bachvereniging
onder leiding van Shunske Sato
Radio Kootwijk

  • Menu
  • Distrait
  • 1. Schweigt stille (Rezitativ)
  • 2. Hat man nicht (Arie)
  • 3. Du böses Kind (Rezitativ)
  • 4. Ei! wie schmeckt (Arie)
  • 5. Wenn du mir nicht (Rezitativ)
  • 6. Mädchen, die von harten (Arie)
  • 7. Nun folge (Rezitativ)
  • 8. Heute noch (Arie)
  • 9. Nun geht (Rezitativ)
  • 10. Die Katze läβt (Terzett)

Achter de muziek

Verhaal
Verhaal
Teksten
Teksten
Credits
Credits

O wat smaakt die koffie heerlijk!

Koffie drinken was in de tijd van Bach niet onomstreden

Koffie is onlosmakelijk verbonden met Nederland. Vanaf het begin van de achttiende eeuw begon de Verenigde Oostindische Compagnie eigen koffieplantages op te zetten op Java, als alternatief voor import uit Jemen. Zo werden de Hollanders rond 1720 de belangrijkste koffieleverancier van Europa.

De cultuur van het koffie drinken, oorspronkelijk een Arabisch gebruik, verspreidde zich vanaf het begin van de achttiende eeuw over heel Europa en vervolgens van de adellijke elites naar de burgerij. Overal kwamen koffiehuizen. In Leipzig waren er meer dan tien. Dat van Gottfried Zimmermann was sinds de 1723 de vaste speelplek van het beste amateurmuziekensemble van de stad. In 1729 nam Bach de leiding van dit Collegium musicum op zich. De koffiecantate ontstond rond 1734 voor de concerten in het Café van Zimmermann.

Koffie drinken was in Bachs tijd zeker niet onomstreden. De effecten van de drank waren nog onbekend. De tekst van Bachs librettist Picander gaat over een verslaafd meisje, over vrouwen die weten wat ze willen, en seksuele toespelingen zijn niet ver weg. Hoofdpersoon Liesje is bereid feesten en modieuze kleding op te geven om koffie te mogen blijven drinken, maar als haar vader dreigt dat ze nooit een man krijgt lijkt ze toe te geven. “Ach een man!”, zwijmelt ze, “dat ik eindelijk, nog voordat ik naar bed ga een flinke geliefde krijg”. Maar in werkelijkheid zorgt ze natuurlijk dat ze allebei krijgt: een vrijer en koffie.

Al in 1860 gebruikte Multatuli in Max Havelaar Javaanse koffie om de koloniale uitbuiting van Nederlands Indië aan te klagen. Ook onze uitvoering van de koffiecantate heeft een link met dat Nederlandse koloniale verleden. De opname werd gemaakt in het hoofdgebouw van Radio Kootwijk, het vroeg-twintigste-eeuwse zenderstation op de Hoge Veluwe dat zorgde voor de radioverbinding tussen Nederland en haar kolonieën. “Hallo Bandoeng, hoort u mij?”, vroeg koningin-moeder Emma in 1929 bij de opening, toen er nog altijd enorme hoeveelheden koffie uit Java kwamen.

BWV
211
Titel
Schweigt stille, plaudert nicht
Bijnaam
Kaffeekantate
Genre
cantates
Jaartal
1734
Stad
Leipzig
Tekstdichter
De tekst van de eerste twee delen is van Christian Friedrich Henrici (Picander). Wie de tekst voor de laatste twee delen schreef, is niet bekend. Misschien was het wel Bach zelf.
Bijzonderheden
De regisseur heeft ervoor gekozen om deze voorstelling te beginnen met muziek van Telemann: het deel Distrait uit zijn kwartet in e klein TWV 43.

Met steun van

Eleven Floawers Foundation

Achtergrondvideo's

Teksten

Origineel

1. Rezitativ, Tenor
Schweigt stille, plaudert nicht
Und höret, was itzund geschicht:
Da kömmt Herr Schlendrian
Mit seiner Tochter Liesgen her,
Er brummt ja wie ein Zeidelbär;
Hört selber, was sie ihm getan!

2. Arie, Bass (Schlendrian)
Hat man nicht mit seinen Kindern
Hunderttausend Hudelei!
Was ich immer alle Tage
Meiner Tochter Liesgen sage,
Gehet ohne Frucht vorbei.

3. Rezitativ, Sopran (Liesgen), Bass (Schlendrian)
B: Du böses Kind, du loses Mädchen,
Ach! wenn erlang ich meinen Zweck:
Tu mir den Coffee weg!
S: Herr Vater, seid doch nicht so scharf!
Wenn ich des Tages nicht dreimal
Mein Schälchen Coffee trinken darf,
So werd ich ja zu meiner Qual
Wie ein verdorrtes Ziegenbrätchen.

4. Arie, Sopran (Liesgen)
Ei! wie schmeckt der Coffee süße,
Lieblicher als tausend Küsse,
Milder als Muskatenwein.
Coffee, Coffee muss ich haben,
Und wenn jemand mich will laben,
Ach, so schenkt mir Coffee ein!

5. Rezitativ, Sopran (Liesgen), Bass (Schlendrian)
B: Wenn du mir nicht den Coffee lässt,
So sollst du auf kein Hochzeitfest,
Auch nicht spazierengehn.
S: Ach ja!
Nur lasset mir den Coffee da!
B: Da hab ich nun den kleinen Affen!
Ich will dir keinen Fischbeinrock nach
itzger Weite schaffen.
S: Ich kann mich leicht darzu verstehn.
B: Du sollst nicht an das Fenster treten
Und keinen sehn vorübergehn!
S: Auch dieses;
doch seid nur gebeten
Und lasset mir den Coffee stehn!
B: Du sollst auch nicht von meiner Hand
Ein silbern oder goldnes Band
Auf deine Haube kriegen!
S: Ja, ja! nur lasst mir mein Vergnügen!
B: Du loses Liesgen du,
So gibst du mir denn alles zu?

6. Arie, Bass (Schlendrian)
Mädchen, die von harten Sinnen,
Sind nicht leichte zu gewinnen.
Doch trifft man den rechten Ort,
O! so kömmt man glücklich fort.

7. Rezitativ, Sopran (Liesgen), Bass (Schlendrian)
B: Nun folge, was dein Vater spricht!
S: In allem, 
nur den Coffee nicht.
B: Wohlan! so musst du dich bequemen,
Auch niemals einen Mann zu nehmen.
S: Ach ja! Herr Vater, einen Mann!
B: Ich schwöre, dass es nicht geschicht.
S: Bis ich den Coffee lassen kann?
Nun! Coffee, bleib nur immer liegen!
Herr Vater, hört, ich trinke keinen nicht.
B: So sollst du endlich einen kriegen!

8.Arie, Sopran (Liesgen)
Heute noch,
Lieber Vater, tut es doch!
Ach, ein Mann!
Wahrlich, dieser steht mir an!
Wenn es sich doch balde fügte,
Dass ich endlich vor Coffee,
Eh ich noch zu Bette geh,
Einen wackern Liebsten kriegte!

9. Rezitativ, Tenor
Nun geht und sucht der alte Schlendrian,
Wie er vor seine Tochter Liesgen
Bald einen Mann verschaffen kann;
Doch, Liesgen streuet heimlich aus:
Kein Freier komm mir in das Haus,
Er hab es mir denn selbst versprochen
Und rück es auch der Ehestiftung ein,
Dass mir erlaubet möge sein,
Den Coffee, wenn ich will, zu kochen.

10. Terzett, Sopran, Tenor, Bass
Die Katze lässt das Mausen nicht,
Die Jungfern bleiben Coffeeschwestern.
Die Mutter liebt den Coffeebrauch,
Die Großmama trank solchen auch,
Wer will nun auf die Töchter lästern!

Vertaling

1. Recitatief
Zwijg nu, klets niet meer
En luister wat er nou gebeurt:
Daar komt meneer Treuzel aan
Met zijn dochter Liesje,
Hij bromt als een honingbeer;
Luister zelf naar wat ze hem heeft aangedaan!

2. Aria
Heb je met je kinderen
Niet honderdduizend problemen!
Wat ik ook dagelijks zeg
Tegen mijn dochter Liesje,
Het glijdt van haar af.

3. Recitatief
B: Ondeugend kind, ongehoorzaam meisje,
Ach, wanneer zal ik mijn doel bereiken:
Weg met die koffie!
S: Vader, doe toch niet zo streng!
Als ik niet driemaal daags
Mijn kopje koffie mag drinken,
Dan verander ik tot mijn verdriet
In een verdord stukje geitenvlees.

4. Aria
O, wat smaakt die koffie heerlijk,
Lekkerder dan duizend kussen,
Zachter dan muskaatwijn.
Koffie, koffie moet ik hebben,
En als iemand mij wil verkwikken,
Schenk mij dan koffie in!

5. Recitatief
B: Als je de koffie niet laat staan,
Laat ik je nooit meer
Naar een bruiloftsfeest gaan.
S: Nou ja!
Als ik maar koffie krijg!
B: Wat ben je toch een deugniet!
Ik koop geen wijde baleinen rok voor je
Naar de laatste mode.
S: Daar zit ik niet mee.
B: Je blijft van het raam weg,
Zodat je niemand langs ziet komen!
S: Ook daar zit ik niet mee.
Ik heb maar één vraag:
Laat mij mijn koffie houden!
B: Ook krijg je van mij geen
Zilveren of gouden lint
Om je kapje!
S: Mij best, als ik mijn pleziertje maar houd!
B: Ongehoorzame Liesje,
Het maakt je allemaal niets uit?

6. Aria
Meisjes die koppig zijn
Kun je niet gemakkelijk overtuigen.
Maar als je hen op de juiste plaats treft,
Dan kom je wel waar je wezen wilt.

7. Recitatief
B: Doe nu wat je vader zegt!
S: Dat wil ik in alles doen,
maar niet wat de koffie betreft.
B: Goed dan, maar dan moet je je er nu ook
bij neerleggen dat je nooit een man zult krijgen.
S: O vader, ik wil wel een man hoor!
B: Ik verzeker je dat dat niet gaat gebeuren.
S: Tenzij ik de koffie kan laten staan?
Nou, koffie, blijf dan maar liggen!
Luister, vader, ik drink geen koffie meer.
B: Dan krijg je eindelijk een man!

8.Aria
Vandaag nog,
Lieve vader, doe het toch!
Ach, een man!
Werkelijk, die past mij!
Als het toch eens snel zou gebeuren
Dat ik eindelijk in ruil voor koffie
Nog voordat ik naar bed ga,
Een flinke geliefde kreeg!

9. Recitatief
Nu gaat de oude Treuzel op zoek:
Hij wil zijn dochter Liesje
Zo snel mogelijk aan een man helpen.
Maar Liesje vertelt stiekem rond:
Er komt geen vrijer mijn huis in
Die mij niet persoonlijk heeft beloofd
En het in de huwelijksacte opneemt
Dat het mij is toegestaan
Koffie te zetten wanneer ik maar wil.

10. Terzetto
Een kat wil nu eenmaal blijven muizen,
Vrouwen zullen altijd koffiezusters zijn.
De moeder houdt van koffie,
De grootmoeder dronk het al,
Wie zou het nu de dochters kwalijk kunnen nemen!

vertaling © Ria van Hengel

Credits

  • Publicatiedatum
    17 oktober 2019
  • Opnamedatum
    16 mei 2019
  • Locatie
    Radio Kootwijk
  • Viool en leiding
    Shunske Sato
  • Sopraan
    Lucie Chartin
  • Tenor
    Jan-Willem Schaafsma
  • Bas
    Mattijs van de Woerd
  • Viool
    Pieter Affourtit, Lidewij van der Voort
  • Altviool
    Femke Huizinga
  • Cello
    Lucia Swarts
  • Contrabas
    Robert Franenberg
  • Traverso
    Marten Root
  • Klavecimbel
    Siebe Henstra
  • Theaterconcept, -regie en -design
    Marc Pantus
  • Regie opname
    Bas Wielenga
  • Muziekopname
    Guido Tichelman, Bastiaan Kuijt, Pim van der Lee, Lucas van Eck
  • Audiomontage en -mix
    Guido Tichelman
  • Camera
    Gijs Besseling, Onno van Ameijde, Nina Badoux
  • Camera-assistent en datahandling
    Indra Besenbun
  • Licht
    Zen Bloot, Henry Rodgers, Fiona Verkleij
  • Regieassistent
    Ferenc Soeteman
  • Beeldmontage
    Onno van Ameijde
  • Assistent audioregie
    Marloes Biermans
  • Productie concert
    Imke Deters
  • Productie opname
    Jessie Verbrugh
  • Met steun van
    Eleven Floawers Foundation

Help ons All of Bach te voltooien

Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!