Het leven van Bach

(vervolg)

Vormende jaren in Weimar
Omdat Bach zoveel verstand had van orgels en hij zo fantastisch orgel speelde werd hij gedurende zijn hele leven regelmatig uitgenodigd om nieuwe orgels van prestigieuze Duitse kerken te beoordelen. Dat leverde niet alleen geld op, maar ook naamsbekendheid. In 1708 werd hij bijvoorbeeld uitgenodigd door het hof van Weimar om daar het nieuwe orgel te keuren. De hertog Willem Ernst was zo onder de indruk van Bach, dat hij hem een baan aanbood als organist en kamermusicus - en uiteindelijk ook nog als concertmeester- van het hof, met verdubbeling van salaris. Een aanbod dat hij niet kon weigeren.

Bach bleef in totaal negen jaar in Weimar, een belangrijke periode voor zowel zijn ontwikkeling als componist als voor zijn privéleven. Dankzij Johann Ernst, een neef van hertog Willem Ernst, kwam Bach in het bezit van de nieuwste bladmuziek van Italiaanse componisten als Antonio Vivaldi en Pietro Locatelli. Deze neef studeerde namelijk in Utrecht en maakte regelmatig uitstapjes naar Amsterdam om de nieuwste bladmuziek te kopen voor zijn leermeester in Köthen: Johann Sebastian Bach. Op deze manier kreeg Bach bijvoorbeeld Vivaldi’s L’Estro Armonico in handen, een prachtig voorbeeld van Vivaldi’s Italiaanse Concerti waar Bach veel van zou leren. Om de Italiaanse compositiestijl echt goed te kunnen doorgronden bewerkte Bach meerdere werken van Vivaldi voor klavecimbel en orgel. Luister bijvoorbeeld naar het Concert in a klein, BWV 593.

Lees hier een fictief interview met Johann Ernst van Sasken-Weimar

Tijdens Bachs baan aan het hof van Weimar kende het gezin van Johann Sebastian en Maria Barbara zowel voorspoed als tegenspoed. Zes van hun zeven kinderen werden in Weimar geboren, onder wie Wilhelm Friedemann (1710) en Carl Philipp Emanuel (1714) die zelf ook beroemde componisten zouden worden. Het geluk rond de geboortes stond echter in de schaduw van verdriet, want drie kinderen stierven al op jonge leeftijd. Er zijn helaas geen bronnen bewaard gebleven waarin we iets kunnen lezen over de gevoelens van Bach, maar waarschijnlijk verwerkte hij veel van zijn emoties in zijn aangrijpende en troostrijke muziek, zoals bijvoorbeeld in de Sinfonia uit de cantate 'Ich hatte viel Bekümmernis', BWV 21.

In 1717 nam Bach zijn ontslag, omdat hij een beter betaalde baan aan het hof in Köthen kon krijgen en mogelijk ook omdat hij niet langer tevreden was met zijn positie in Weimar. Het vertrek verliep uiterst ongemakkelijk, want hertog Willem Ernst was zo kwaad en beledigd dat hij Bach in de gevangenis gooide. Mede onder druk van prins Leopold van Anhalt-Köthen moest hij Bach natuurlijk ook weer vrijlaten en uiteindelijk heeft hij hem na een maand oneervol ontslagen. Een wonderlijke episode uit het leven van Bach, al heeft het avontuur in de gevangenis ook veel moois opgeleverd: Bach schreef in zijn cel meerdere werken voor orgel en mogelijk heeft hij hier ook een groot deel van het Wohltemperirte Clavier bedacht.


Vermoedelijk Johann Sebastian Bach met zijn oudste drie zoons

Beroemd
Bach werd vooral als uitvoerend musicus steeds beroemder. Als organist, maar ook als klavecinist en violist. Zijn nieuwe baan aan het hof van prins Leopold van Anhalt-Köthen was een belangrijke promotie voor Bach. Voor de functie van kapelmeester was eigenlijk een universitair diploma nodig en zo ver was Bach niet gekomen, omdat hij vanwege geldgebrek immers geen universitaire studie had kunnen doen. Met deze nieuwe aanstelling kreeg hij dus wél de eervolle positie van hofkapelmeester. Hij leidde een klein maar goed orkest en omdat hij geen kerkelijke taken had stortte hij zich met name op het componeren van orkestmuziek, kamermuziek en werken voor klavecimbel. Luister bijvoorbeeld naar de uiterst originele Brandenburgse concerten (die hij misschien al in Weimar had gecomponeerd), Zes cellosuites, Zes vioolsonates en partita’s en de Franse suites voor klavecimbel.

Tragedie & hervonden geluk
Prins Leopold ging regelmatig op reis, onder andere naar het bij de adel populaire kuuroord Karlsbad. Ter opluistering van de tuinfeesten en diners nam hij vaak zijn eigen orkest mee. Een van deze reizen zou eindigen in een familietragedie, want tijdens een verblijf van twee maanden in Karlsbad in 1720 was Maria Barbara plotseling ziek geworden en overleden. Een zware slag voor Bach en zijn gezin. Bachs zesjarige zoon Carl Philipp Emanuel was ontsteld en aangegrepen door het intense verdriet van zijn vader. Hij zou later in zijn memoires schrijven: ‘Hij vond haar dood en begraven, terwijl zij bij zijn vertrek nog gezond en blozend was.’

Met vier jonge kinderen kon de vijfendertigjarige Bach eigenlijk niet zonder vrouw. Het toeval wil dat hij juist in deze periode de twintigjarige sopraan Anna Magdalena Wilcke ontmoette aan het hof in Köthen. Ze raakten op elkaar gesteld en een paar maanden later trouwen ze, in december 1721. Uiteraard met een groot feest in het slot van Köthen voor familie en vrienden. Anna Magdalena hielp Bach met het opvoeden van de vier kinderen uit zijn vorige huwelijk en ook bij het kopiëren van muziek. Daarnaast bleef ze zelf musiceren en trad ze wel eens op met haar echtgenoot! Het echtpaar kreeg samen nog dertien kinderen, van wie er slechts zes de kinderjaren zouden overleven. Bach was vast heel trots op zijn tweede vrouw, dat blijkt onder andere uit het aan haar opgedragen Notenbüchlein, een bonte verzameling van korte muziekstukjes waaraan zowel Bach als zijn zoons en muzikale vrienden hebben bijgedragen.

Bekijk ook deze video waarin tenor Charles Daniels vertelt over het Notenbüchlein für Anna Magdalena Bach.


Cartoon Hein de Kort (uit het Jubileummagazine van de Bachvereniging)

Thomascantor in Leipzig
Bach streefde zijn hele leven naar onafhankelijkheid. Hij twijfelde dan ook niet toen in 1723 het Thomascantoraat in Leipzig vrijkwam. Bach solliciteerde met succes, al was hij niet de eerste keus: het gemeentebestuur van de stad had het liefst de razend populaire componist Georg Philipp Telemann aangenomen (maar die koos voor Hamburg). Ondanks diverse conflicten met het bestuur van de Thomasschule zou Bach cantor van Leipzig blijven tot aan zijn dood. Samen met zijn grote gezin woonde hij in de ruime, gerenoveerde cantorswoning waar hij samen met zijn vrouw, zijn kinderen en talloze leerlingen dag en nacht met muziek bezig was.

Als Thomascantor in Leipzig organiseerde Bach de muziek in vier grote kerken van de stad en gaf hij les aan de Thomasschule. Uit deze periode zijn meer dan tweehonderd cantates overgeleverd en hier componeerde hij ook grote vocale werken als de Matthäus-Passion en de Johannes-Passion (zie ook: Grote Werken). Een cantate is een relatief kort, vaak religieus werk voor koor en/of solisten met instrumentale begeleiding. Bach moest in Leipzig elke week een cantate uitvoeren tijdens de Lutherse kerkdienst.

Daarnaast leidde Bach van 1729 tot 1741 het Collegium Musicum, een stadsorkest in Leipzig dat voornamelijk bestond uit studenten. Voor dit orkest schreef hij veel instrumentale muziek, zoals de Suites voor orkest en diverse soloconcerten. De klavierconcerten heeft hij waarschijnlijk zelf gespeeld of samen met zijn zoons, bijvoorbeeld het Concert voor drie klavecimbels in C groot, BWV 1064. Een van de populaire locaties waar deze concerten plaatsvonden was het beroemde koffiehuis Café Zimmermann. Dat koffie een populaire maar ook omstreden drank was blijkt onder andere uit Bachs schitterende Kaffeecantate Schweigt stille, plaudert nicht, BWV 211.


Thomaskirche in Leipzig

Bachs laatste levensjaren
Hoewel Bach tot vlak voor zijn dood nog de meest indrukwekkende composities heeft geschreven ging het de laatste jaren van zijn leven niet goed met zijn gezondheid. Hij werd bijna blind, mogelijk als gevolg van diabetes. Hoewel hij in 1747 nog op bezoek was geweest bij zijn zoon Carl Philipp Emanuel die in Berlijn werkte aan het hof van Frederik de Grote (voor wie Bach in datzelfde jaar Das Musikalische Opfer schreef) voelde hij zich in 1748 al zó slecht dat hij diezelfde reis niet nóg een keer kon maken voor de doop van zijn eerste naar hem vernoemde kleinkind.

Zijn zwakke gezondheid belemmerde hem niet om te componeren. De Mis in b klein, beter bekend als de ‘Hohe Messe’, was het laatste geestelijke werk van Bachs hand. In deze monumentale mis hergebruikte hij veel muziek die hij al eerder had geschreven. In de partituur van de 'Hohe Messe' is te zien dat zijn gezondheid achteruitging: zijn altijd zo heldere muziekhandschrift is minder makkelijk te lezen. Aan het eind van de lente van 1749 kreeg Bach een beroerte en daarna ging zijn gezichtsvermogen sneller achteruit. Begin 1750 besloot Bach zich te laten opereren. De operatie mislukte echter, waardoor hij uiteindelijk volledig blind werd. Desondanks werkte hij verder aan de 'Hohe Messe' en ook aan Die Kunst der Fuge, een indrukwekkende en uiterst inventieve reeks fuga’s en canons gebaseerd op slechts één enkel muzikaal thema. Helaas heeft hij dit werk niet meer kunnen voltooien. Johann Sebastian Bach stierf kort na een mislukte oogoperatie op 28 juli 1750.

Meer weten over Bachs oogproblemen, zijn suikerziekte en zijn favoriete eten en drinken? Lees dan hier het artikel 'Op het bord van Bach' van Joël Broekaert.