

Aus der Tiefen rufe ich, Herr, zu dir
BWV 131 uitgevoerd door de Nederlandse Bachvereniging
onder leiding van Jos van Veldhoven
Oostkerk, Middelburg
Achter de muziek
Volgens het boekje
Wachten op verlossing duurt soms lang. Maar halverwege gloort de hoop.
Meteen bij de eerste zin is het duidelijk, het gaat hier niet gewoon om wat tegenslag, maar om diepe ellende. De stemmen duiken bij het woord diepte letterlijk de diepte in. Het stuk stamt uit het prille begin van Bachs carrière, toen hij organist was in Mühlhausen. Hij was toen een jonge twintiger en waagde zich voor het eerst aan vocale kerkmuziek. Dat deed hij nog netjes volgens het boekje; hij sluit stilistisch aan bij zijn zeventiende-eeuwse collega’s. Er zijn nog geen recitatieven, de delen lopen vrijwel onafgebroken in elkaar door. Ze beginnen vaak langzaam om daarna meestal snel te eindigen – als een soort prelude en fuga. Zoals de meeste vroege cantates is ook deze symmetrisch; het koor ‘Ich harre des Herrn’ is het middelpunt. Hier kantelt ook de stemming. Het begint focust vooral op de ellende, in het derde deel komt de hoop om de hoek kijken. Heel letterlijk illustreert Bach dan vervolgens in de aria van de tenor dat wachten soms lang duurt – let maar op het woord ‘wartet’. Die tekstuitbeelding is letterlijk voelbaar, vertelt Charles Daniels in het interview.
Het is niet bekend voor welke gelegenheid dit stuk bedoeld is. Gezien de tekst – een boetepsalm gecombineerd met een boetekoraal – zou het stuk heel goed in een ‘boetedienst’ hebben gepast. Of dat soort diensten in Mühlhausen standaard of alleen bij bepaalde gelegenheden gehouden werden, is niet bekend. Vlak voordat Bach in Mühlhausen kwam, was er wel een grote brand geweest, en dus ook een reden voor zo’n dienst.
Interessant is nog dat Bach zelf onderaan de partituur schreef dat de cantate ontstaan was op verzoek van Georg Christian Eilmar. Dat was de predikant van de Mariakerk in Mühlhausen. Bach werkte zelf in de Blasiuskerk. Eilmar zou een goede vriend worden, later werd hij de peetvader van Bachs oudste dochter.
- BWV
- 131
- Titel
- Aus der Tiefen rufe ich, Herr, zu dir
- Genre
- cantates
- Jaartal
- ca. 1707-08
- Stad
- Mühlhausen
- Tekstdichter
- Psalm 130 en twee koraalverzen. Samensteller onbekend.
- Bestemming
- onbekend
- Eerste uitvoering
- onbekend, misschien is het wel Bachs eerste cantate
- Bijzonderheden
- De fuga uit het laatste deel bestaat ook als orgelstuk, de Fuga in g klein, BWV 131a/Anh. II 42. Auteurschap en datering hiervan staan niet vast.
Achtergrondvideo's
Teksten
Origineel
1. Chor
Aus der Tiefen rufe ich, Herr, zu dir.
Herr, höre meine Stimme,
lass deine Ohren merken
auf die Stimme meines Flehens!
2. Arioso (Bass), Choral (Sopran)
So du willst, Herr, Sünde zurechnen,
Herr, wer wird bestehen?
Erbarm dich mein in solcher Last,
nimm sie aus meinem Herzen,
dieweil du sie gebüsset hast
am Holz mit Todesschmerzen,
Denn bei dir ist die Vergebung,
dass man dich fürchte.
auf dass ich nicht mit grossem Weh
in meinen Sünden untergeh,
noch ewiglich verzage.
3. Chor
Ich harre des Herrn,
meine Seele harret, und ich
hoffe auf sein Wort.
4. Arie (Tenor)
Meine Seele wartet auf den Herrn
von einer Morgenwache
bis zu der andern.
Und weil ich denn in meinem Sinn,
wie ich zuvor geklaget,
auch ein betrübter Sünder bin,
den sein Gewissen naget,
und wollte gern im Blute dein
von Sünden abgewaschen sein
wie David und Manasse.
5. Chor
Israel hoffe auf den Herrn;
denn bei dem Herrn ist
die Gnade und viel Erlösung bei ihm.
Und er wird Israel erlösen
aus allen seinen Sünden.
Vertaling
1. Koor
Uit de diepten roep ik tot u, o Heer
Heer, luister naar mijn stem,
laten uw oren de stem
van mijn smekingen opmerken!
2. Arioso, koraal
Als u Heer, ons de zonde zou toerekenen,
Heer, wie zal bestaan?
Ontferm u over mij in deze zondelast,
en neem die uit mijn hart weg,
omdat u daarvoor aan het
hout met doodsangsten betaald heeft,
Want bij u is vergeving,
zodat u gevreesd wordt.
en dat ik niet met grote pijn
in mijn zonden onder zal gaan
of voor eeuwig vol angst zal zijn.
3. Koor
Ik verwacht de Heer,
mijn ziel verwacht
en ik hoop op zijn woord.
4. Aria
Mijn ziel wacht op de Heer,
meer dan de wachters
op de morgen wachten.
En omdat ik door en door
- zoals ik eerder al geklaagd heb -
een bedroefde zondaar met
een knagend geweten ben,
wil ik graag dat ik van mijn zonden
in uw bloed gereinigd word,
zoals David en Manasse.
5. Koor
Israël hope op de Heer,
want bij de Heer
is genade en veel verlossing.
En hij zal Israël verlossen
van al zijn zonden.
Credits
-
- Publicatiedatum
- 3 juni 2016
-
- Opnamedatum
- 16 mei 2015
-
- Locatie
- Oostkerk, Middelburg
-
- Dirigent
- Jos van Veldhoven
-
- Sopraan
- Dorothee Mields
-
- Alt
- Alex Potter
-
- Tenor
- Charles Daniels
-
- Bas
- Tobias Berndt
-
- Ripieno sopraan
- Marjon Strijk
-
- Ripieno alt
- Barnabás Hegyi
-
- Ripieno tenor
- Immo Schröder
-
- Ripieno bas
- Jelle Draijer
-
- Viool 1
- Shunske Sato
-
- Cello
- Lucia Swarts
-
- Viola da gamba
- Mieneke van der Velden, Ricardo Rodriguez Miranda
-
- Contrabas
- James Munro
-
- Hobo
- Martin Stadler
-
- Fagot
- Benny Aghassi
-
- Theorbe
- Mike Fentross
-
- Orgel
- Siebe Henstra
-
- Cameraregie en montage
- Jasper Verkaart, Manoj Kamps
-
- Muziekopname
- Guido Tichelman, Bastiaan Kuijt, Micha de Kanter
-
- Audiomontage en -mixage
- Guido Tichelman
-
- Camera
- Maarten van Rossem, Paul Caspers, Jorrit Garretsen, Rieks Soepenberg
-
- Licht
- Daan de Boer, Denny Schoute
-
- Make-up
- Erica Stuyfzand
-
- Kleurcorrectie
- Daphne Maierna
-
- Interview
- Jasper Verkaart, Manoj Kamps
-
- Productie concert
- Erik van Lith, Marco Meijdam
-
- Productie opname
- Jessie Verbrugh
Ontdek
Help ons All of Bach te voltooien
Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!