Lobe den Herrn, meine Seele

Lobe den Herrn, meine Seele

BWV 69 uitgevoerd door de Nederlandse Bachvereniging
onder leiding van Peter Dijkstra
Waalse Kerk, Amsterdam

  • Menu
  • 1. Lobe den Herrn, meine Seele (Chor)
  • 2. Wie groß ist Gottes Güte doch! (Rezitativ)
  • 3. Meine Seele, auf! (Arie)
  • 4. Der Herr hat große Ding (Rezitativ)
  • 5. Mein Erlöser und Erhalter (Arie)
  • 6. Es danke, Gott (Choral)

Achter de muziek

Verhaal
Verhaal
Achtergrondvideo's
Achtergrondvideo's
Teksten
Teksten
Credits
Credits

Theatraal en triomfantelijk

Dankzij het jubelende karakter kon deze cantate makkelijk worden getransformeerd

De eerste versie van deze cantate voerde Bach uit toen hij net een half jaar in Leipzig werkte, op de twaalfde zondag na Trinitatis. Van de vrome raadsleden zal menigeen zich tijdens het openingsdeel achter de oren hebben gekrabd. Over theatraal gesproken... De triomfantelijke woorden uit Psalm 103 gaan vergezeld van een rijk samengesteld orkest, dat behalve strijkers drie trompetten, pauken, drie hobo’s en een fagot bevat. De stemming is extatisch, met uitgebreide circulatio’s in bijna alle stemmen. Een circulatio is een reeks snelle noten die rondom een centrale toonhoogte ‘circuleren’. Met deze muzikaal-retorische figuur drukten barokcomponisten een staat van vreugde en gelukzaligheid uit. Later klinkt een expressieve Seufzer (‘zucht’) op het woord ‘vergiss’: de gelovigen worden gemaand om stil te staan bij al het goede wat God voor hen gedaan heeft.

De evangelielezing van die zondag was Marcus 7:31-37, waarin wordt verteld hoe Jezus een doofstomme genas. De eerste aria roemt deze wonderdaad. In de tweede aria, voor bas, doet een hobo d’amore (‘liefdeshobo’) zijn intrede. Hier roept de gelovige om Gods zegen ten tijde van lijden en dood. De slotregel citeert de evangelietekst met woorden die tevens aansluiten bij de psalmtekst van het openingskoor: ‘Gott hat alles wohlgemacht.’

Deze eerste versie van deze cantate heeft in de nummering van Bachs werken nummer 69a gekregen. Ergens in de laatste jaren van zijn leven zou Bach de compositie omvormen tot een zogenaamde Ratswahlkantate (raadsverkiezingscantate). Deze versie, BWV 69, voeren we hier uit. De wisseling van de gemeenteraad ging traditioneel vergezeld van een feestelijke dienst waarvoor Bach muziek moest schrijven. Lobe den Herren, meine Seele kon eenvoudig worden getransformeerd, dankzij het jubelende karakter. Bach liet het openingskoor en de twee aria’s ongemoeid. De eerste aria was in 1723 weliswaar voor tenor, maar bij een tweede uitvoering van BWV 69a in 1727 had Bach dit deel al omgewerkt voor alt.

Wel veranderde Bach de recitatieven en het slotkoraal. De recitatieven componeerde hij helemaal opnieuw, op basis van een nieuw geschreven tekst. Bach maakte er serieus werk van. Zo formuleert de tenor in het tweede recitatief de hoop dat God ‘de geest van de wijsheid’ aan de nieuwe gemeentelijke overheid van Leipzig zal verlenen. Op dat moment spelen de strijkers mee, zodat de boodschap plechtiger klinkt.

BWV
69
Titel
Lobe den Herrn, meine Seele
Instrument
alt, bas, sopraan, tenor
Genre
cantates
Jaartal
1723 (BWV 69a), heruitvoering 1727, omwerking tot Ratswahlkantate na 1740
Stad
Leipzig
Tekstdichter
onbekend, psalm 103:2 en koraal van Martin Luther
Bestemming
inzegening van het stadsbestuur (Ratswahl)
Eerste uitvoering
onbekend
Bijzonderheden
Van deze cantate bestaat ook een eerder geschreven, geestelijke versie, met dezelfde titel, BWV 69a. Deze schreef Bach in 1723 voor de twaalfde zondag na Trinitatis.

Achtergrondvideo's

Dirigent Peter Dijkstra

“Het is een monumentale cantate waarbij Bach alles in kon zetten.”

Teksten

Origineel

1. Chor
Lobe den Herrn, meine Seele,
und vergiss nicht
was er dir Gutes getan hat.

2. Rezitativ (Sopran)
Wie groß ist Gottes Güte doch!
Er bracht uns an das Licht,
und er erhält uns noch!
Wo findet man nur eine Kreatur,
der es an Unterhalt gebricht?
Betrachte doch, mein Geist,
der Allmacht unverdeckte Spur,
die auch im Kleinen
sich recht gross erweist.
Ach! möcht es mir, o Höchster,
doch gelingen,
ein würdig Danklied dir zu bringen!
Doch, sollt es mir hierbei
an Kräften fehlen,
so will ich doch, Herr,
deinen Ruhm erzählen.

3. Arie (Alt)
Meine Seele, auf!
erzähle was dir Gott
erwiesen hat.
Rühme seine Wundertat,
lass, dem Höchsten
zu gefallen,
ihm ein frohes Danklied schallen.

4. Rezitativ (Tenor)
Der Herr hat große Ding an uns getan;
denn er versorget und erhällt,
beschützet und regiert die Welt;
er tut mehr als man sagen kann.
Jedoch, nur eines zu gedenken:
Was könnt uns Gott
wohl bessers schenken,
als dass er unsrer Obrigkeit
den Geist der Weisheit gibet,
die denn zu jeder Zeit das Böse straft,
das Gute liebet?
Ja, der bei Tag und Nacht
vor unsre Wohlfahrt wacht.
Lasst uns dafür den Höchsten preisen:
auf, ruft ihn an, dass er sich auch
noch fernerhin so gnädig woll’ erweisen.
Was unserm Lande schaden kann,
wirst du, o Höchster, von uns wenden,
und uns erwünschte Hülfe senden.
Ja, ja, du wirst in Kreuz und Nöten
uns züchtigen, jedoch nicht töten.

5. Arie (Bass)
Mein Erlöser und Erhalter,
nimm mich stets in Hut
und Wacht.
Steh bei mir in Kreuz und Leiden,
Alsdenn singt mein Mund mit Freuden:
Gott hat alles wohl gemacht.

6. Choral
Es danke, Gott, und lobe dich
das Volk in guten Taten.
Das Land bringt Frucht
und bessert sich,
ein Wort ist wohl geraten.
Uns segne Vater und der Sohn,
uns segne Gott, der Heilge Geist,
dem alle Welt die Ehre tut,
für ihm sich fürchten allermeist;
und sprecht von Herzen: Amen!

Vertaling

1. Koor
Loof de Heer, mijn ziel,
en vergeet niet welke weldaden
hij je heeft bewezen.

2. Recitatief (sopraan)
Wat is Gods goedheid toch groot!
Hij heeft ons aan het licht gebracht
en bewaart ons nog steeds!
Is er ergens een schepsel te vinden
dat het aan levensonderhoud ontbreekt?
Aanschouw toch, mijn geest,
de zichtbare sporen van zijn almacht,
die zich ook in het kleine
heel groot betoont.
Ach, mocht het mij, o Allerhoogste,
toch lukken
u een waardig danklied te brengen!
Maar als mijn krachten
daarvoor niet toereikend zijn,
dan wil ik, Heer,
toch van uw roem vertellen.

3. Aria (alt)
Mijn ziel, kom,
vertel wat God
je ten deel heeft laten vallen.
Roem zijn wonderdaden,
laat een vrolijk danklied weerklinken
waarin de Allerhoogste
behagen kan scheppen.

4. Recitatief (tenor)
De Heer heeft grote dingen aan ons gedaan;
want hij verzorgt en bewaart,
beschermt en regeert de wereld;
hij doet meer dan gezegd kan worden.
Maar één ding moeten wij bedenken:
wat zou God ons
béter kunnen schenken
dan dat hij onze overheid
de geest van de wijsheid geeft
zodat ze altijd het kwade bestraft,
het goede liefheeft,
ja, dag en nacht
over ons welzijn waakt.
Laten wij de Allerhoogste daarvoor prijzen;
komaan, vraag hem
ook in de toekomst genadig te willen zijn.
Wat ons land kan schaden,
zult u, Allerhoogste, van ons afwenden
en u zult ons de gewenste hulp sturen.
Ja, ja, u zult ons in leed en nood
tuchtigen, maar niet doden.

5. Aria (bas)
Mijn verlosser en bewaarder,
neem mij steeds onder uw hoede
en waak over mij!
Sta mij bij in kruis en lijden,
dan zingt mijn mond met vreugde,
God heeft alles wél gedaan.

6. Koraal
Laat het volk u danken en prijzen,
o God, om uw weldaden.
Het land brengt vrucht voort
en gaat vooruit,
uw woord is goed.
Mogen de Vader en de Zoon
en God de Heilige Geest ons zegenen;
iedereen eert hem
en iedereen vreest hem
en zegt van harte Amen!

vertaling © Ria van Hengel

Credits

  • Publicatiedatum
    16 februari 2018
  • Opnamedatum
    18 februari 2017
  • Locatie
    Waalse Kerk, Amsterdam
  • Dirigent
    Peter Dijkstra
  • Sopraan
    Miriam Feuersinger
  • Alt
    Alex Potter
  • Tenor
    Thomas Hobbs
  • Bas
    Peter Kooij
  • Ripiënisten sopraan
    Lauren Armishaw, Marjon Strijk
  • Ripiënisten alt
    Marine Fribourg, Barnabás Hegyi
  • Ripiënisten tenor
    Yves Van Handenhove, João Moreira
  • Ripiënisten bas
    Michiel Meijer, Pierre-Guy Le Gall White
  • Viool 1
    Sayuri Yamagata, Annelies van der Vegt, Annabelle Ferdinand
  • Viool 2
    Pieter Affourtit, Paulien Kostense, Lucia Giraudo
  • Altviool
    Staas Swierstra, Jan Willem Vis
  • Cello
    Lucia Swarts, Richte van der Meer
  • Contrabas
    Robert Franenberg
  • Hobo
    Martin Stadler, Peter Frankenberg, Sarah Aßman
  • Fagot
    Benny Aghassi
  • Trompet
    Robert Vanryne, Fruzsina Hara, Mark Geelen, Dave Hendry
  • Pauken
    Koen Plaetinck
  • Orgel
    Leo van Doeselaar
  • Klavecimbel
    Siebe Henstra
  • Regie en montage
    Bas Wielenga
  • Muziekopname
    Guido Tichelman, Bastiaan Kuijt, Pim van der Lee
  • Audiomontage en -mix
    Guido Tichelman
  • Camera
    Jochem Timmerman, Thijs Struick, Merijn Vrieling, Charlotte Storm
  • Licht
    Zen Bloot, Henry Rodgers, Patrick Galvin
  • Regieassistent
    Ferenc Soeteman
  • Beeldtechniek
    Vincent Nugteren, Jildert Hof
  • Settechniek
    Justin Mutsaers
  • Datahandling
    Jesper Blok
  • Projectleider nep
    Peter Ribbens
  • Interview
    Onno van Ameijde, Marloes Biermans
  • Productie concert
    Imke Deters
  • Productie opname
    Jessie Verbrugh

Help ons All of Bach te voltooien

Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!